Boek Tom Thijsse prentenmaker

Nieuw boek met tentoonstelling in Open Stal

Tom Thijsse prentenmaker

Fochteloo. Het is al weer feest bij Stichting Nobilis in Fochteloo. Zaterdagochtend komen vijftig genodigden naar het Dorpshuis Et Legien om de presentatie bij te wonen van al weer een nieuw boek. Het betreft ‘Tom Thijsse prentenmaker’ geschreven door Pieter Jonker en vormgegeven door Sijtze Veldema. Tom Thijsse (1945) uit Muiden is herstellende van lang ziek zijn, vandaar dat de presentatie gehouden wordt in de naaste kring van familie en vrienden, die in de Randstad wonen. Tom Thijsse was docent grafiek aan de Rietveld Academie in Amsterdam en aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Hij heeft ruim tweehonderd van zijn kleurenhoutsneden en tientallen zwart-wit lino’s en veertien kunstenaarsboeken geschonken aan Stichting Nobilis. Hij bemiddelde ook bij een grote schenking van zijn collega Jan van der Pol uit Amsterdam. Voorts legde hij de contacten voor de schenking van de complete ateliernalatenschap van zijn leermeester Ap Sok. Stichting Nobilis is Tom Thijsse veel dank verschuldigd.

Open Stal

‘Tom Thijsse prentenmaker’ is een boek met 142 afgebeelde kleurenhoutsneden en zwart-wit lino’s. Pieter Jonker leerde Tom Thijsse kennen doordat houtgraveur Peter Lazarov sinds 2000 bevriend was met Thijsse. Beide kunstenaars werkten langere tijd in hetzelfde project in Japan. Thijsse in 1999 en Lazarov in 2000. Sinds de opening van het centrum voor prentkunst in Fochteloo in 2014 is Tom Thijsse enthousiast betrokken bij het centrum. Vorig jaar werd hij helaas ziek, maar er lagen al plannen voor het boek. Ondertussen probeert Tom Thijsse elke dag weer een paar uurtjes te werken in zijn atelier. Zaterdagmiddag verplaatsen de genodigden zich naar Open Stal Oldeberkoop, waar Tom Thijsse één van de 39 kunstenaars is. Tussen de middag wordt het gezelschap gastvrij ontvangen in het centrum voor prentkunst. Pieter Jonker: ‘We zijn reuzeblij en dankbaar voor de samenwerking met Open Stal Oldeberkoop. Ook in het verleden mocht de Stichting grafiektentoonstellingen inrichten in het Open Stal-programma en in het Schrieversronte-gebouw. Met plezier denk ik terug aan exposities in Open Stal van Jan Battermann, Lou Strik, Anneke Kuyper en Peter Lazarov. En niet te vergeten de tentoonstelling van Johannes Mulders, die ik samen met Peter Hiemstra mocht voorbereiden. In Fochteloo zijn de bezoekersaantallen bescheiden en dan is het heerlijk om af en toe eens mee te mogen doen met Open Stal. Elke dag zullen vrijwilligers van ons aanwezig zijn in Open Stal.’

Nu of nooit

Het boek ‘Tom Thijsse prentenmaker’ verschijnt in het kader van het projekt ‘Nu of nooit’, dat financieel mogelijk wordt gemaakt door de gemeente Ooststellingwerf en de provincie Friesland en enkele cultuurfondsen. Pieter Jonker legt de bedoeling van het project uit: ‘In een periode van anderhalf jaar wil de Stichting een flinke reeks boeken en Nobilis cahiers laten verschijnen bij nieuwe tentoonstellingen. De bedoeling is dat we daardoor de Stichting helemaal op de kaart zetten. Ik denk dat het gaat lukken. We zijn goed op weg. En eind augustus verschijnt een mooi cahier over de houtdrukken van Antje Veldstra, begin oktober het boek ‘Herman Gordijn grafiek’ geschreven door kunsthistoricus Rob Smolders met een uitvoerige bibliografie en lijst van tentoonstellingen gemaakt door Peter Kooij. Aan het eind van het jaar een prachtig boek van Radboud Hafkenscheid uit Haulerwijk over de onbekende etser Karel Wetselaar, die geweldig werk heeft gemaakt. De groei van de Vriendenorganisatie is spectaculair. In ruim drie maanden van 250 naar 333. Alle weken dienen zich nieuwe schenkingen van prenten aan. Elk weekend ruim tachtig bezoekers. Alleen al voor de tentoonstelling met werk van Jeanne Bieruma Oosting en haar vrienden ruim 1.000 bezoekers. Het boek bij deze tentoonstelling is op een paar exemplaren na geheel uitverkocht. Goed bezochte lezingen, een zeer geslaagde Dag van de Prentkunst en een leger enthousiaste vrijwilligers. Dit durfde ik niet te dromen. Wat wil een mens nog meer.’